Veel water in de Lendevallei
Vrijdag 14 November 2008 om 17:48Ik nam jullie al een keer mee naar de Lendevallei. Tot voor kort een door mij onontdekt gebied, terwijl ik er zo dichtbij woon.
De Lendevallei maakt deel uit van een uitverkoren keten van moerasgebieden op de grens van Fryslân en Overijssel. De Weerribben en de Wieden in Noordwest-Overijssel en de Rottige Meenthe en de Lendevallei in Fryslân worden aan elkaar vebonden. De eerste otters die in ons land opnieuw zijn uitgezet, vinden hier een nieuwe leefomgeving.
Aan het verbeteren van de waterkwaliteit is de laatste decennia veel aandacht besteed in de Lendevallei. In de laatste eeuw is er in dit gebied veel veranderd aan de waterhuishouding. Ooit was het een ongestoord beekdalsysteem. Toen tussen 1922 en 1927 de Lende werd gekanaliseerd, veranderde er veel. De meanders, de oude kronkelingen, werden volgestort met bagger. In de omgeving werden als ‘woeste gronden’ beschouwde stukken grond ontgonnen en in gebruik genomen door de landbouw. Ook petgaten bij de Lende moesten er aan geloven.
Dat in die jaren niet het hele gebied in cultuur werd gebracht, is te danken aan een omslag in denken bij een deel van de Friese bevolking. Met de aanwezigheid van de grote vuurvlinder, de purperreiger en de visotter stond het vast dat de Lendevallei een belangrijk natuurgebied was. In 1938 kon de natuurorganisatie het eerste stukje van de Lendevallei aankopen.
Een ongestoord beekdalsysteem is het in de Lendevallei nooit meer geworden. Omdat het natuurgebied middenin het cultuurland ligt, blijven er wat de waterhuishouding betreft ook altijd knelpunten bestaan, maar toch is er de laatste jaren veel verbeterd. Om de vallei nat te houden is een ingenieus systeem van sloten, stuwen en kleppen uitgedacht, dat moet voorkomen dat het gebied uitdroogt. In het reservaat zijn nog veel oude meanders, van voor de kanalisatie, terug te vinden. Een aantal is zelfs weer open gegraven. Al die moeite is niet alleen gedaan om de otter te dienen. Het behoud van al de verschillende landschapstypen, van nat tot droog en van open tot gesloten, levert een grote variatie aan planten en dieren op.
Op die prachtige ochtend, donderdag j.l., stond ik al vroeg langs de secundaire weg tussen de Blesse en Wolvega. Tussen deze weg en het spoor lag een door de overvloedige regenval ondergelopen weiland. De ochtendzon brak voorzichtig door de bewolking en weerspiegelde in het water. Een grote groep overvliegende ganzen maakte het plaatje compleet.
Steeds verder brak de bewolking open. Nog even en de zon zou zich volledig laten zien.
De achtergrond was nog in ochtendnevel gehuld.
Een zwaan zwom op veilige afstand in alle rust rond. Ik kon na lang speuren geen andere zwaan ontdekken. Omdat een zwaan een partner heeft voor levenslang, lijkt het erop dat hij of zij verder alleen door het leven moet gaan.
Deze drinkwaterpomp voor de koeien stond werkeloos in het landschap.
In de toekomst zal ik vast vaker in dit prachtige natuurgebied zijn te vinden.