Texel, 150 jaar vuurtoren
Vrijdag 12 September 2014 om 12:15Vandaag neem ik jullie voor de laatste keer mee naar een zomers Texel.
De vuurtoren op Texel bestaat dit jaar 150 jaar. Vanwege die gelegenheid belichtte ik de vuurtoren met aan de voet de spelende en genietende mens. Tussen de foto's heb ik tekst geplaatst uit het "Krim Texel Magazine".
In 2014 is het 150 jaar geleden dat Texel een eigen vuurtoren kreeg. Dat gebeurde na een lobby die meer dan tien jaar duurde en onder leiding stond van Johannes Ludovicus Kikkert, die notaris was en lid van Provinciale Staten van Noord-Holland. Hij had de eer om op 1 november 1864 voor het eerst het licht te ontsteken. Het was niet alleen een kwestie van prestige dat Kikkert vond dat Texel een vuurtoren moest hebben. De vele ondieptes rond het eiland vormden een groot gevaar voor de scheepvaart. Er waren tijden dat er elk jaar meerdere schepen vergingen, niet zelden met man en muis.
De Eierlandsche vuurtoren is ontworpen door architect Quirinus Harder, die op 25 juli 1863 zelf de eerste steen legde. Het baken bestaat uit negen verdiepingen - met een totale hoogte van 35 meter - en staat op een 20 meter hoog duin.
Het licht brandt aanvankelijk op petroleum, maar in de loop der jaren worden meerdere verbeteringen en moderniseringen doorgevoerd. zo wordt de petroleum in 1010 vervangen door pharoline, een brandstof voor gloeilampen. In 1927 krijgt de vuurtoren een elektrische installatie. Een gloeilamp zorgt voor de dan forse lichtsterkte van 1.200.000 "kaars".
Tijdens de Eerste Wereldoorlog was het licht van de vuurtoren uit. Dat is nog niets vergeleken bij de rampspoed die zich in de Tweede Wereldoorlog voltrekt. Op 6 april 1945 komen 800 Georgische krijgsgevangenen in opstand. Tijdens een bloedige nacht doden ze bijna al hun Duitse superieuren.
Even lijkt Texel bevrijd, maar al snel komen uit heel Noord-Holland Duitse versterkingen aan land. De Georgiërs verzetten zich hevig, maar worden tijdens een drijfjacht in noordelijjke richting teruggedrongen. Zo'n 110 opstandelingen verschansen zich in de vuurtoren. Ook dit laatste bolwerk houdt geen stand. Tijdens een beschieting raakt de vuurtoren zwaar beschadigd. Iets meer dan de helft van de Georgiërs overleeft de verschrikking en geeft zich over, maar wordt daarna gefusilleerd.
In 1948 wordt begonnen met de renovatie. Rond het gehavende bouwwerkt worden ringen van beton aangebracht, waaromheen een nieuwe mantel van baksteen wordt gebouwd. Op 24 maart 1950 ontsteekt de directerur-generaal van het loodswezen het nieuwe kustlicht. Wie sindsdien de toren beklimt, kan halverwege een kijkt tussen beide muren nemen en de granaatinslagen van dichtbij bekijken.
Een misschien wel net zo groot gevaar vormt de zee. bij de bouw staat de toren maar liefst 3 kilometer van de vloedlijn, maar door kustafslag bedraagt die afstand in 1898 nog maar 1 kilometer. Tijdens de herbouw in 1949 zijn de golven nog 250 meter weg.
In 1954 slaat in één week tijd maar liefst 37 meter duin weg en slinkt die afstand tot 50 meter. In 1956 neemt Rijkswaterstaat maatreglelen in de vorm van zinkstukken en strandhoofden en wordt de voet van het duin verstevigd met asfalt en beton.
Dat lijkt lange tijd genoeg, maar wanneer het in de jaren negentig wederom zorgelijk wordt, wordt besloten tot de aanleg van een 550 meter lange strekdam. Het "vangen" van zand werkt uitstekend. Anno 2014 wordt de toren door een brede zandvlakte van de zee gescheiden.
Spraakmakend is de roze kleur en schilderbeurt in 1996. Het pigment van de rode verf is niet in orde, waardoor de toren onder in rap tempo onder invloed van zon en wind van kleur verschiet en zuurstokroze wordt. In 2004 wordt deze "vergissing" rechtgezet. Een speciale weersbestendige coating moet ervoor zorgen dat de verf zo'n vijftien jaar meegaat.
Het lichtpunt zit op 53 meter boven N.A.P.. Er zit een 2000w Philips gasontlading-metaaldamp-lamp in waarin kwik is verwerkt, een kwikdamp-lamp. De lichtsterkte is 2,85 miljoen candela. Het licht flitst tweemaal per 10 seconden. Het licht wordt gebundeld door fresnell-lenzen, opgebouwd uit concentrisch opgestelde glazen ringen. Er zijn standaard twee reservelampen gemonteerd die (een voor een) automatisch gestart worden als de hoofdlamp ermee ophoudt.
In 2003 gaat vuurtorenwachter Frans Dreeessens met pensioen. Sindsdien is de toren onbemand en zijn de wachters van de Brandaris op Terschelling belast met het toezicht op de hele westelijke Waddenzee.
Sinds 2009 is de vuurtoren open voor publiek. Stichting Texels Museum, de eigenaar van Ecomare, Kaap Skil en de Oudheidkamer, zorgt voor de exploitatie. De bezoekers kunnen de toren niet alleen beklimmen, een tentoonstelling op de verdiepingen doet verslag van de roerige geschiedenis van het 150 jaar oude baken.
En deze mensen staan vast niet stil bij de geschiedenis van de vuurtoren. Het strand bij de vuurtoren is een geliefd plekje om te vertoeven. Het strand is er breed en daardoor is er veel ruimte om o.a. te wandelen, te spelen, te vliegeren en te strandzeilen.
Maar je kunt er ook gewoon lekker luieren in het zand en daarbij hoef je niet bang te zijn dat je tenen bij de buren in de nek liggen.